In het laatste weekend van maart wordt de klok weer een uur vooruit gezet, waardoor de nacht een uur korter is. Wat doet dat met onze slaap en onze inwendige klok? Marijke Gordijn is onderzoeker humane chronobiologie van de Rijksuniversiteit Groningen en Chrono@work, een organisatie die onderzoek doet naar slaap en daarover voorlichting geeft. Gordijn geeft uitleg.

Normaal gesproken worden we ’s avonds moe en gaan we slapen. Dat wordt geregeld door onze inwendige of ‘biologische’ klok. We slapen optimaal als we op het goede moment naar bed gaan. Als we in bed stappen op een moment dat niet overeenkomt met de biologische klok, dan duurt het langer voordat we in slaap komen. We slapen dan onrustiger en kunnen ook vroeg wakker worden. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij mensen die nachtdienst hebben, zoals verpleegkundigen of beveiligers. ‘Als zij ’s nachts hebben gewerkt en ’s ochtends gaan slapen, slapen ze vrijwel nooit een hele dag,’ vertelt Gordijn. ‘Hun biologische klok zegt dat ze eigenlijk wakker moeten zijn. Het is belangrijk om op het goede moment te gaan slapen en op te staan, want wie in de ochtend een keer veel langer doorslaapt, merkt dat wel. Je voelt je dan overdag niet fit. Volgens de biologische klok had je immers eerder moeten opstaan.’

Meer moeite

De biologische klok zorgt er ’s ochtends ook voor dat we klaar zijn om op te staan. De bloeddruk stijgt, de hartslag wordt sneller en het lichaam wordt voorbereid om weer actief te worden. Bij de overgang tussen zomer- en wintertijd wordt de tijd weliswaar een uur verzet, maar de biologische klok niet. Na de instelling van de zomertijd in het voorjaar kost het opstaan meer moeite. ‘Je moet dan ineens een uur eerder op, terwijl je lichaam daar nog niet klaar voor is,’ legt Gordijn uit. ‘Je kunt dat gedurende de hele dag merken. Je krijgt bijvoorbeeld op een andere tijd trek in eten. Bij wisseling van winter- naar zomertijd duurt het gelijkzetten van je klok gemiddeld een paar dagen, maar met name bij avondmensen kan dat wel vier weken duren. In het najaar, als de klok een uur terug gaat, is dat effect minder erg. We kunnen dan een uur langer slapen maar de biologische klok heeft je intussen al wel voorbereid om op te staan.’

Wen zo snel mogelijk aan de zomertijd met onze 5 tips

Lees de tips

Licht

De biologische klok past zich aan aan invloeden van buitenaf, vooral licht. In de eerste helft van de nacht en rondom het opstaan is de mens het meest gevoelig voor licht. Zonder licht in de ochtend verschuift je klok naar een later tijdstip.

Zomer- of wintertijd?

In de discussie over afschaffing van zomer- en wintertijd pleit Gordijn daarom voor permanente wintertijd, dus het aanhouden van de tijd zoals die nu is. Want met permanente zomertijd wordt het ’s winters vier maanden lang pas na half 9 licht. ‘Dat gaat problemen geven met onze slaap, en dat is niet goed voor de hersenen. Ik vind dat we moeten kiezen voor veel licht in de ochtend. Dat is cruciaal voor onze biologische klok, en daarmee voor optimale slaap.’

Tekst: Kees Vermeer
Fotografie: Ilco Kemmere