Betere zorg voor kinderen en jongvolwassenen met NAH
12 februari, 2024
Vrijdag 13 januari 2023
Ik kan inmiddels weer 20 minuten lopen en maak een ommetje door het bos. Vanaf een kleine zandvlakte sla ik een leuk pad in en na een minuut of 10 denk ik: laat ik hier doorsteken, zo loop ik een rondje. Ik loop dat pad en kies er nog één – het blijkt een andere richting dan ik dacht. Even heroriënteren. Inmiddels loop ik nu al ruim 15 minuten, zie ik. Ah hier links, langs dit hek ben ik geweest. Ik begin sneller te lopen. Nu zie ik vast weer die zandvlakte.
Any minute now…
Sta ik bij een andere zandvlakte! Mijn hoofd wil er niet aan, dus denk ik nog hoopvol: ‘misschien ziet het er van deze kant anders uit?’ Maar nee, deze is wel vier keer zo groot. Ik ben verdwaald. 22 minuten op de klok, en ik weet niet waar ik ben. Hoe kwam ik hier? Koortsachtig, bijna rennend, dwaal ik rond over de laatste paadjes die ik nam voor ik de vlakte opstormde.
Daar is het hek! Het hek wat ik dacht te herkennen, maar het toch niet was. Vanaf hier kan ik misschien de hele weg in omgekeerde volgorde teruglopen. Áls ik het me kan herinneren. Ik dwing mezelf te gaan zitten want ik heb al te lang gelopen voor mijn enkel. Ik voel de paniek door mijn lichaam razen. Donkere wolken trekken zich samen, ik weet niet of hier vandaag nog iemand langskomt. ‘Over 20 minuten mag ik weer een stuk lopen’, spreek ik met mezelf af. Maximaal 10 minuten lang. Geen reden tot paniek, gewoon even rustig zitten zodat mijn enkel kan bijkomen.
Één minuut gaat voorbij. 2 minuten. Ontspan. Ontspannen is belangrijk om te herstellen. Hoe te ontspannen? 3 minuten. Wat als ik de weg terug niet herken, of weer een pad in de verkeerde richting neem? 5 minuten. 6 minuten. Wat gaat de tijd langzaam! 7 minuten. Misschien herken ik het wel niet; ik ben door mijn hersenschudding vaak zó warrig!
Na 17 minuten barst de regen los en spring ik op. Zorgvuldig, met mijn zintuigen op scherp, ga ik de bospaadjes in omgekeerde volgorde. Tot ik weer op het eerste grote pad kom. Pas dan kom ik tot rust. Vanaf hier weet ik het waarschijnlijk wel weer en is het maximaal 10 minuten terug naar mijn tijdelijke thuis. Ik ga zitten. Mijn hoofd kalmeert, mijn spieren ontspannen. Het regent dat het giet, maar ik voel me rustig. Heel anders dan een paar minuten geleden. Dan besef ik me dat ik me sinds de terugval van mijn hersenschudding ook mentaal zo heb gevoeld: verdwaald, zoekende. Opgejaagd zocht ik naar houvast, paniekerig rennend van bospaadje naar bospaadje.
Wat als ik, op het moment dat ik merkte dat ik de weg kwijt was, stil had gestaan en in rust de genomen paden was nagegaan? Hoe kan ik rust vinden ook wanneer ik de weg naar huis nog niet weet?
Ik weet nog niet hoe het moet, leven met gewrichtsklachten en de terugval van mijn hersenschudding. Ik heb het idee dat ik me pas kalm kan voelen als ik thuis ben en (denk dat ik) alles onder controle heb. Maar wat ik volgens mij écht nodig heb is stilstaan en aan mezelf toegeven dat ik het even niet meer weet. Kan ik berusten in het niet-weten en vertrouwen dat een antwoord zich wel aandient?
Ottilia liep een aantal jaren geleden een hersenschudding op. Daarnaast is ze ook ‘rekbaar’. Zo rekbaar zelfs, dat ze daar erg veel last van heeft. Dat noemen ze dan het Hypermobiliteitssyndroom. Ze schrijft over haar leven met dit syndroom en hersenletsel in haar blogs ‘Rekbaar’.
Lees hier de vorige blog van Ottilia
Foto: Bartjan de Bruijn van www.mooimens.co